Op 25 januari jl. was het weer zover en reisden Ineke en ik af naar de Jaarbeurs in Utrecht voor de 2-jaarlijks Nederlandse Onderwijstentoonstelling.
Hier presenteren zich de (educatieve) uitgeverijen, onderwijsorganisaties, eigenlijk alles en iedereen die in meer of mindere mate iets met het onderwijs te maken heeft.
Deze keer was de indeling heel overzichtelijk. Er waren diverse “segmenten”
gemaakt met de volgende thema’s .
-bouw, facilitair en inrichting
-management, advies en organisatie
-leren en onderwijzen met ICT
-Leermiddelen en materialen
-Educatieve uitgeverijen
-Dagtrips, theater en cultuur.
Na een eerste rondwandeling hebben we 2 lezingen gevolgd.
De eerste lezing had als titel Digibord of touchscreen: the battle.
Er is een battle gaande tussen twee sterke ICT-hulpmiddelen: het Digitale Whiteboard en het Interactieve LCD-scherm.
Veel scholen vinden het moeilijk om een keuze te maken tussen beide schermen. Er zijn zoveel aspecten die je bij een keuze in de gaten moet houden: Hoe zit het met de duurzaamheid, de zichtbaarheid, het gebruiksgemak, de grootte? Wat zijn de verschillen en hoe maak ik een verantwoorde keuze?
De producten werden op diverse punten met elkaar vergeleken en de eindconclusie was dat de meeste aanwezigen op grond van de vergelijkingen toch de voorkeur gaven aan het Digtiale whiteboard.
Ik vond het goed om deze lezing te volgen. Het was niet direct een onderwerp voor collectiemanagers/informatiebemiddelaars maar je krijgt op deze manier wel een goede indruk van een product en hun (on)mogelijkheden.
De 2e lezing was de lezing van Han de Vries , coordinator van het SLO : Kenniscentrum Leermiddelen.
Hij besprak de resultaten en conclusies van de Leermiddelenmonitor van 2010, onder het motto : “Leermiddelen, het gereedschap van de leraar”.
Een aantal conclusies en restultaten:
*fysieke methoden/ leermiddelen blijven nog steeds belangrijk. Binnen nu en 5 jaar zal binnen het Primair onderwijs en Voortgezet Onderwijs het digitale aanbod leermiddelen stijgen tot ongeveer 50 % , maar het echte gebruik van de digitale leermiddelen zal stijgen tot rond de 20%. Deze stijging blijft achter bij de verwachtingen!.
*Ongeveer 50% van de leraren in het PO en VO geven aan naast de methoden, zelf materiaal te ontwikkelen. Dit materiaal is met name gericht op leerlingen met een specifieke leervraag.
-het delen van dit materiaal gebeurd vooral tussen directe collega’s en veel minder met collega’s van andere scholen. Er is inmiddels wel aanzet gegeven tot het meer delen van materiaal b.v. door middel van databanken zoals Wikiwijs en Leraar 24.
Hierin kunnen leraren eigen materiaal toevoegen en van elkaar gebruiken.
*Binnen de Pabo en Lerarenopleidingen Voortgezet Onderwijs is nog weinig aandacht voor het zelf ontwikkelen van materialen en zijn de methoden uitgangspunt bij het voorbereiden en geven van lessen.
*-trendwatchers verwachten een toenemend gebruik van smartphones en tablets. Het toetstenbord zal op den duur verdwijnen.
*-Als nieuwst ontwikkeling werd nog genoemd de augumented reality.
Augumented reality of toegevoegde realiteit wil zeggen : het zo realistisch mogelijk toevoegen van computergemaakte beelden aan rechtstreekse, reële beelden.
Het maakt het verschil tussen de reële wereld en de virtuele wereld steeds kleiner en zorgt tevens voor eenvoudigere en gebruikersvriendelijkere interfaces, maar ook voor complexere toepassingen.
Het was interessant om de laatste ontwikkelingen op het gebied van leermiddelen en het gebruik hiervan te horen Zo kunnen we als collectiemanagers met ons collectioneringsbeleid hierop inspelen.
Onze insteek tijdens het bezoek op deze beurs was heel duidelijk om met name te kijken naar het aanbod van digitaal materiaal en de mogelijkheden tot het inzetten en aanbieden van dit materiaal binnen het onderwijs en de rol van het Mediacentrum daarin.
Met diverse uitgeverijen hebben we hierover contact gelegd en afspraken gemaakt, waaronder de uitgeverijen Noordhoff en Malmberg.
Het is de bedoeling dat deze uitgeverijen in overleg met de School/opleiding b.v. presentaties geven over hun product en bekeken wordt hoe dit het beste aangeboden en ingezet kan worden binnen het onderwijs.
Ons tweede doel was om te kijken wat er aangeboden wordt op het gebied van begrijpend lezen.
De algehele klacht met name binnen het middelbaar en hoger onderwijs is dat studenten weinig of helemaal niet lezen en daarom ook slecht teksten kunnen vergelijken of uit de tekst kunnen halen wat er precies bedoeld wordt en ook slecht teksten (lees : informatie) kunnen beoordelen. Dit heeft ook alles te maken met informatievaardigheden ! . Ook hier hebben we afspraken kunnen maken en in overleg met de opleiding/school krijgt dit hopelijk een vervolg!.
Zo hebben we gesproken met een vertegenwoordiger van Flexlezen die b.v. workshops zou kunnen verzorgen.
Natuurlijk ontkwamen we niet aan de vele catalogi, brochures en de diverse gadgets.
Een van de opvallendste gadget was een geel speelgoedeendje voor in bad. De exposant voelde zich naar eigen zeggen “geen vreemde eend in de bijt”.
Beladen met (teveel) folders, en andere informatie ging het weer richting Zwolle.
Al met al een leerzame en zeker productieve dag waarop we ons hebben kunnen orienteren op ontwikkelingen binnen het onderwijs en ook ons (onderwijs)netwerk hebben kunnen uitbreiden.
